Verkiezingsstrijd
Door: Rob
Blijf op de hoogte en volg Rob
12 November 2009 | ,
De huidige president, Michelle Bachelet, is immens populair. Zo’n 80 procent van de Chilenen is het eens met haar beleid. Zo’n hoog percentage is hier nog nooit gemeten. Kat in het bakkie, zou je zeggen. Niets is minder waard. De verkiezingen beloven spannend te worden. De oppositie staat er het beste voor in de peilingen.
Belangrijk is te weten dat een zittend president zich niet herkiesbaar kan stellen. Dat is in veel Latijns-Amerikaanse landen het geval. Ze hebben in het verleden vervelende ervaringen gehad met caudillo’s, politici die de ene na de andere termijn dienden en wier bewind dictatoriale trekjes begon te vertonen. Dat moet voorbij zijn nu een president na vier jaar het veld moet ruimen, hoewel een aantal presidenten de grondwet heeft veranderd of heeft geprobeerd dat te doen om langer aan de macht te blijven. Chili heeft zo’n sterk gevestigde democratie dat geen enkele president dat in de afgelopen twintig jaar heeft gewaagd. Een troost voor Bachelet: over vier jaar kan ze weer voor het presidentschap gaan.
De verkiezingen vinden in twee rondes plaats. De eerste ronde is in december. Als geen van de kandidaten meer dan 50 procent van de stemmen krijgt, gaan de Chilenen in januari opnieuw naar de stembus om te kiezen tussen de twee kandidaten met de meeste stemmen. Het idee is dat de winnaar altijd de steun van de meerderheid heeft. Een situatie als in 1970 moet daarmee voorkomen worden. Toen werd de socialist Salvador Allende president met 36,3 procent van de stemmen. Dat wil zeggen: meer dan 60 procent van de Chilenen had niet voor Allende gestemd. De oppositie tegen zijn bewind was zo groot, dat het land vrijwel onbestuurbaar werd. Uiteindelijk greep het leger de macht.
Het nieuwe kiessysteem is gunstig voor de partijen van het midden. Radicale partijen kunnen de eerste ronde nog wel overleven, maar zullen in de tweede ronde nooit de absolute meerderheid krijgen. Nu Bachelet niet meedoet, is de strijd helemaal open. Voor een Nederlander, opgegroeid in een politieke cultuur van consensus, bekampen de kandidaten elkaar ongemeen fel.
In Nederland wordt wel eens gesproken over de ‘personificatie’ van de politiek. Daarvan is hier vele malen meer sprake. De kandidaten staan in het middelpunt, de partijen blijven op de achtergrond. De hele entourage van een kandidaat, zijn complete verleden, zijn persoonlijkheid, zijn familie, alles wordt belicht. Als je er middenin zit, is het af en toe lastig door de bomen het bos te blijven zien. Laat ik het simpel houden en de vier hoofdrolspelers voorstellen.
Sebastian Piñera
De kandidaat van het rechtse blok gaat steevast aan de leiding in de peilingen. Sebastian Piñera is een van de rijkste mannen van Chili. Hij is onder meer grootaandeelhouder van vliegtuigmaatschappij Lan en eigenaar van een tv-station en de grootste voetbalclub van het land. Piñera staat aan het hoofd van de ‘Coalición por el Cambio’, de coalitie voor de verandering. Zijn boodschap: het is tijd voor ‘change’. Centrum-links is al twintig jaar aan de macht, het bewind is corrupt, Chili kan economisch veel sneller groeien dan het in de laatste jaren heeft gedaan. Piñera belooft een keiharde aanpak van de misdaad, een miljoen nieuwe banen en economische voordelen voor de middenklasse.
Rechts in Chili stond enthousiast aan de kant van Pinochet’s militaire dictatuur. Het heeft nog altijd moeite los te komen van die tijd. Met Piñera als kandidaat moet eindelijk worden afgerekend met het zwarte verleden. Hij was namelijk al tijdens het bewind van Pinochet een verklaard tegenstander van het militaire regime. Daarmee heeft hij nationaal en internationaal respect afgedwongen. Piñera zit echter in een spagaat. Aan de ene kant wil hij afstand nemen van de dictatuur, aan de andere kant moet hij samenwerken met de handlangers van Pinochet. In zijn entourage zitten namelijk veel mensen die de dictatuur steunden en er soms zelfs een actieve rol in vervulden.
Ook in een ander opzicht botst Piñera met zijn achterban. In sommige opzichten is hij liberaler dan de partijen die zijn kandidatuur steunen. Als hij bijvoorbeeld over rechten voor homoseksuelen praat, verschijnen de volgende dag de voorzitters van de rechtse partijen in het nieuws met de boodschap dat dat absoluut niet de bedoeling is. Zelfs over een kort shot van een homopaar in Piñera’s reclamefilmpje maakten ze grote ophef.
Een deel van het succes van Piñera ligt in het feit dat hij een begenadigd redenaar is. Elke dag verschijnt hij op tv met een microfoon in de hand, een menigte bevlogen toesprekend. In het debat is hij kwetsbaarder. Dan oogt hij nerveus en heeft hij voortdurend tics in zijn gezicht. Ik betwijfel of dat veel uitmaakt. In het eerste debat was hij duidelijk het zwakste, vond ik en vonden de meeste analisten. Bij een onderzoek onder de bevolking gaven de meeste mensen juist aan hem het sterkste te vinden. Mensen volgen zo’n debat blijkbaar vooral om de eigen voorkeuren bevestigd te zien.
Piñera’s zakenverleden heeft tot nu toe een belangrijke rol gespeeld in het debat. Aan de ene kant heeft hij in het bedrijfsleven aangetoond een succesvol bestuurder te zijn. Mensen achten hem in staat Chili ook vooruit te helpen. Aan de andere kant trekken zijn tegenstanders de manier waarop hij zijn fortuin heeft vergaard in twijfel. Zo was Piñera in de jaren tachtig betrokken bij een schandaal met een bank. Er werd een arrestatiebevel tegen hem uitgevaardigd, maar dat zou door tussenkomst van zijn broer, minister in het militaire regime, zijn ingetrokken. Piñera wijst erop dat hij in die zaak is vrijgesproken, maar je kunt je afvragen hoe onafhankelijk de rechtspraak destijds was. Een andere zaak waar zijn tegenstanders op wijzen, is dat hij een boete heeft betaald voor aandelenhandel met voorkennis.
Eduardo Frei
Hij is de aangewezen opvolger van president Bachelet, maar Eduardo Frei lijkt gedoemd de verkiezingen te verliezen. Je kunt het misschien vergelijken met de situatie aan het einde van paars. De PvdA ondervond toen dat het gezag van Kok niet zomaar op Melkert kon worden overgedragen.
Frei is de kandidaat van La Concertación: het samenwerkingsverband van linkse partijen en partijen uit het centrum dat eind jaren tachtig campagne voerde om de bevolking in een volksraadpleging ‘nee’ te laten zeggen tegen Pinochet’s regime. Het blok is daarna in stand gebleven en heeft sinds 1990 alle presidenten geleverd. Frei was daar een van. Hij bestuurde het land van 1994 tot 2000.
Frei’s campagne is gericht op continuïteit. Keer op keer vertelt hij dat Chili nog nooit zo’n periode van vreedzaamheid en economische voorspoed heeft gekend als in de afgelopen twintig jaar. Volgens hem is het zaak het werk van La Concertación voort te zetten.
Frei is christen-democraat, maar helt naar links. Zijn slogan in de campagne luidt ‘más estado’ (meer staat). Die linkse oriëntatie is niet zo handig in de strijd tegen Piñera. Hij en de rechtse kandidaat knokken juist om de stemmen in het midden. Het probleem voor Frei zit in het feit dat hij concurrentie heeft op links – zoals we zo meteen zullen zien – en dat hij het zich niet kan veroorloven daar stemmen te verliezen.
In de campagne lijkt Frei steeds achter de feiten aan te lopen. Zijn grootste gebrek is een gebrek aan charisma. Hij komt harkerig over, spreekt niet in de taal van het volk en toont vrijwel geen emotie in zijn gezicht. In het eerste debat besloot hij in de aanval te gaan. Frei was vlak voor de reclame aan de beurt en uitte plotseling een harde beschuldiging aan het adres van Piñera. Die had vervolgens niet de kans te reageren. Het kwam nogal gemeen over. De beschuldiging bleek bovendien niet zo sterk gefundeerd. Uiteindelijk heeft dat incident de centrum-linkse kandidaat niet veel goed gedaan.
Frei ademt in alles ‘oude politiek’, regentencultuur. Hij is iemand die zich binnen een partijhiërarchie omhoog heeft gewerkt. Hij komt uit een politieke familie. Zijn vader was in de jaren zestig president. Frei zelf was ook al eens aan de macht. En de Chilenen hebben geen zoete herinneringen aan die tijd. De cijfers tonen aan dat hij de minst populaire president was uit het tijdperk van La Concertación.
Dat is voor mij de grote vraag: waarom heeft het centrum-linkse blok Frei, iemand die als president niet populair was en die qua charisma niet tegen Piñera is opgewassen, kandidaat gesteld? Waarom hebben ze niet Ricardo Lagos, een populaire ex-president, naar voren geschoven? Misschien hebben de partijen de verkiezingen onderschat, dachten ze dat Frei probleemloos zou meeliften op de populariteit van Bachelet. De precieze achtergronden ken ik niet, maar ik vermoed dat de motieven in de politiek binnen het blok moeten worden gezocht. De vorige twee presidenten, Lagos en Bachelet, kwamen uit de sociaal-democratische partij. Wellicht was er een overeenkomst dat het nu weer tijd werd voor een christen-democraat.
Marco Enriquez-Ominami
Precies die politieke spelletjes binnen La Concertación vormden voor Marco Enriquez-Ominami (afgekort ME-O) een belangrijke reden om begin dit jaar te breken met het blok en zich als onafhankelijke kandidaat verkiesbaar te stellen. Aanvankelijk dichtte zowat iedereen hem een bijrol toe. In de afgelopen maanden is hij echter gestaag geklommen in de peilingen. Hij vormt de reden dat de eerste verkiezingsronde dit keer geen formaliteit is.
ME-O komt uit een links nest. Zijn vader was leider van een links-revolutionaire beweging en werd tijdens het militaire regime vermoord door agenten van de veiligheidsdienst. Zijn moeder trouwde vervolgens met de socialistische politicus Carlos Ominami. Marco heeft de achternaam van zowel zijn biologische vader als zijn adoptievader aangenomen. Een groot deel van zijn jeugd bracht hij in ballingschap door in Parijs.
ME-O voert campagne met een links-liberaal programma, met de nadruk op links. Zo heeft hij zich positief uitgesproken over het regime van Chavez in Venezuela. Bovenal presenteert hij zich als de enige echte vernieuwende kandidaat. Piñera en Frei zet hij weg als vertegenwoordigers van ‘oude politiek’. ME-O brengt inderdaad nieuw élan in de campagne. Hij is 36 jaar, is getrouwd met een vlotte tv-presentatrice en heeft toegegeven dat hij cocaïne heeft gebruikt, iets ongehoords in de Chileense politiek.
Sinds hij in de peilingen serieus aan het stijgen is, kleedt ME-O zich in degelijke, zwarte kostuums en draagt hij steeds vaker een stropdas. Dat doet hij volgens analisten om volwassenheid en staatsmanschap uit te stralen. Want daar ligt precies zijn probleem: veel Chilenen geloven niet dat een knaap van 36, net vier jaar in het parlement, in staat is het land te besturen. ME-O kampt daarnaast met het probleem dat hij geen partijorganisatie heeft die achter hem staat. Hij heeft minder mensen en veel minder geld dan de andere kandidaten om campagne te voeren. Wel heeft hij charisma, iets dat zijn belangrijkste concurrent in de eerste ronde, Frei, ontbeert.
Jorge Arrate
Verreweg de sympathiekste kandidaat is Jorge Arrate. Hij is een vriendelijke, grijze man met een snor. Hij is de enige kandidaat met humor en de enige die zich niet schuldig maakt aan allerlei persoonlijke beschuldigingen. Verkiezingen worden echter gewonnen in het midden en daarom maakt Arrate geen schijn van kans. Hij is namelijk de kandidaat van oud-links, de socialisten en communisten.
Arrate promoot zichzelf als de enige echte erfgenaam van Salvador Allende, de socialistische president die door de militairen werd afgezet. Hij beschouwt de enorme ongelijkheid in Chili als de voornaamste bron van de sociale problemen. Hij neemt afstand van het marktmodel en wil radicale maatregelen nemen. In de debatten maakt hij inhoudelijk sterke opmerkingen, maar hij wordt vooral genegeerd door de andere kandidaten. Hij discussieert eenvoudigweg in een ander discours dan de anderen
Ik wilde aanvankelijk de woorden ‘spek en bonen’ gebruiken, maar dat zou niet eerlijk zijn. Arrate is namelijk heel goed zichtbaar in de debatten en hij wordt daarvoor beloond. In de peilingen is hij gestegen van 1 naar 5 procent. Daarmee heeft hij zichzelf relevant gemaakt. Iedere procent die hij wint, gaat immers ten koste van de anderen. Vooral ME-O zal niet blij zijn met de opmars van Arrate. De oude socialist verkleint de kans dat hij in de eerste ronde meer stemmen haalt dan Frei.
De meest recente en betrouwbaarste peiling laat zien dat Piñera en Frei de eerste ronde overleven. Dat denk ik eerlijk gezegd ook. Veel Chilenen zullen uiteindelijk kiezen voor hetgeen ze al kennen, voor de La Concertación dus. Vervolgens – zo laten de peilingen zien – zou de kandidaat van rechts een flinke voorsprong hebben in de tweede ronde.
Het lijkt er dus op dat we een rechtse president krijgen, als een van de weinige landen in Zuid-Amerika. Dat beseffen de mensen zich hier ook. De leraren op openbare scholen zijn bijvoorbeeld al weken in staking. Ze eisen dat de regering de ‘historische schuld’ aan hen, ontstaan tijdens de dictatuur, betaalt. Die staking komt niet toevallig op dit moment. De leraren voelen op hun klompen aan dat ze, als Piñera aan de macht komt, de komende vier jaar naar hun geld kunnen fluiten.
De peiling van gisteren laat ook zien dat ME-O in een eventuele tweede ronde heel dichtbij Piñera staat. Dat kan consequenties hebben voor de stemmen in de eerste ronde. Een grote groep kiezers wil absoluut niet dat rechts aan de macht komt. Op basis van de peilingen zouden zij kunnen overwegen in de eerste ronde op ME-O te stemmen in plaats van op Frei. Met andere woorden: er kan nog van alles gebeuren. We gaan een heel spannende maand tegemoet.
-
15 December 2009 - 10:35
Toine:
Hee Rob,
Kreeg zojuist een infomail over de uitslag van de 1e ronde. Zag dat Frei het toch heeft overleefd en in ieder geval de 2e ronde in mag (met 29,6%)... Nu spannend wat de 20% die koos voor ME-O (gesteund door de Groenen) gaat doen in de strijd van Frei tegenover de rechtse Pinera (44%)...
Heb je nog een mooie analyse?
Groeten,
Toine
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley