Don't mention the war! - Reisverslag uit Byron Bay, Australië van Rob Gemert - WaarBenJij.nu Don't mention the war! - Reisverslag uit Byron Bay, Australië van Rob Gemert - WaarBenJij.nu

Don't mention the war!

Door: Rob

Blijf op de hoogte en volg Rob

27 September 2006 | Australië, Byron Bay

Van schrik deins ik terug. De lucht die me tegemoet komt als ik de deur van mijn hostelkamer open, is met geen pen te beschrijven. Nog nooit heb ik zo'n ranzige, penetrante geur geroken. In het halfduister liggen twee Engelsen hun roes uit te slapen. De vloer en de bedden zijn bezaaid met kledingstukken, lege flessen en allerlei andere rotzooi. Een van de Britten kreunt als ik binnenkom en fluistert welk bed vrij is. Ik loop de kamer in en zie onmiddellijk dat er geen lockers zijn. Buiten regent het pijpenstelen.
Nee, mijn entree in Byron Bay was niet bepaald geweldig. Volgens de Lonely Planet zou het een soort paradijs op aarde zijn, maar dat kon ik er niet in zien. Hoe anders was de plaats waar ik vandaan kwam, Katoomba. Dit stadje ligt in de Blue Mountains, ongeveer honderd kilometer ten westen van Sydney. Het gebergte is niet hoog - de hoogste top is ongeveer 1100 meter -, maar wel enorm ruig. De eerste kolonisten dachten dat China achter de bergen lag. Het kostte hen zo'n 25 jaar om de Blue Mountains over te steken. Katoomba is een toeristenstadje aan de rand van het nationale park. Ik had er een prachtig hostel, dat verschillende prijzen had gewonnen, met brandschone kamers, een ruime keuken en een schitterende foyer. Het enige nadeel: na een verblijf in zo'n paleis kan het alleen nog maar minder worden.
In Katoomba rijden bussen de hele dag door af en aan om de kuddes toeristen langs de rand van de afgrond te rijden, waarbij ze het ene na het andere uitzichtpunt aandoen. Om het gebied echt te zien, moet je in de kloof afdalen en wandelen in de bossen. Dat heb ik de eerste dag gedaan. In het bos groeiden allerlei bomen en planten die wij in Europa niet kennen. Natuurlijk zie je ook bijzondere diersoorten, zoals kakatoes. Op een bepaald moment kroop er een slang voor m'n voeten over het pad. Ik sloeg er niet echt acht op, totdat ik op een informatiebord las dat er in het park 'death adders' en 'black nogwat snakes' voorkomen. Toen was ineens iedere tak verdacht.
De tweede dag in de Blue Mountains doemde er een ander gevaar op: de wind. Het stormde die dag, en ik had het idee opgevat om te gaan mountainbiken. In de eerste afdaling, bij een snelheid van zo'n 60 km/u, werd ik zowat van mijn rijwiel geblazen. Toen wist ik dat ik voorzichtig moest zijn, en dat was hard nodig op de tocht die ik maakte. De route voerde namelijk over het 'Narrowneck plateau', een smalle richel tussen twee ravijnen. De wind was daar natuurlijk extra hard. Om de haverklap kreeg ik een lading stof in mijn gezicht. Hoewel ik steeds een zonnebril droeg, heb ik diverse malen moeten stoppen met mijn ogen vol tranen. Op het einde van het pad was een diep ravijn, met een gedenksteen voor een jongen die zich daar twintig jaar geleden naar beneden had gestort. Ik moet zeggen dat die gast smaak had toen hij de plek uitkoos.
Met pijn in het hart vertrok ik na drie nachten uit Katoomba. Ik ben met de trein teruggegaan naar Sydney en heb daar 's avonds de bus naar Byron Bay gepakt. Ik zag nogal op tegen de twaalf uur durende reis, maar dat bleek nergens voor nodig. Zelden heb ik zo prettig gereisd. Ik had twee stoelen voor mezelf en de plaatsen voor en achter me waren leeg, dus ik zat als een vorst. Onderweg heb ik zo'n zes uur kunnen slapen, waardoor ik redelijk fit in Byron Bay aankwam.
De eerste indruk van dit stadje was niet geweldig, maar inmiddels is het beeld flink verbeterd. Gisteren ben ik met een Zweedse jongen naar Cape Byron, het oostelijkste punt van Mainland Australia, geweest. Er stond een eenzame vuurtoren en de plek was erg mooi. Vanmorgen was het schitterend weer en heb ik een surfles genomen. Dat was heel leuk, tot we het water ingingen. Met mijn snowboardavontuur in het achterhoofd verwachtte ik er niet al te veel van, en dat bleek terecht. Toch heb ik wel een paar keer een meter of 25 op het bord gestaan, maar om nou te zeggen dat ik op die momenten relaxed was... Laat ik het zo zeggen: het waterniveau is hier een halve meter gedaald en het verdwenen zeewater bevindt zich in mijn maag. Verder dacht ik op een zeker moment dat ik mijn lens kwijt was. Ik voelde wel wat in mijn ooghoek, maar een andere jongen zag niks zitten, zodat ik dacht dat het prikken van het zeewater kwam. Gelukkig bleek bij een tweede inspectie dat het mijn lens was. Een hele opluchting. Wel ben ik bij het surfen mijn horloge kwijtgeraakt. Hoe het is gebeurd, weet ik niet, maar het is flink balen. Aan de andere kant: voordat ik ging was ik het ding al kwijt, dus in gedachten had ik het ding al opgegeven.
Gelukkig zijn de Engelsen vanmorgen vertrokken, zodat de rust in de kamer is teruggekeerd. We liggen er nu met z'n vieren: een Belg en twee Nederlanders. Het is de eerste keer in bijna twee weken dat ik met iemand Nederlands kan praten. Opvallend genoeg zie je hier erg veel Duitsers. Vooral in Katoomba leek het wel of de Reichsparteitag dit jaar in Australie wordt gehouden! In conversaties met Duitsers is het oppassen geblazen. Na het echec van afgelopen zomer is het zaak om vooral niet over voetbal te praten en natuurlijk geldt het aloude adagium 'don't mention the war!'
Overigens gedraag ik me keurig tegenover onze oosterburen. Toen ik in de Blue Mountains een stel Duitsers water uit een beekje zag drinken, zei ik netjes: 'Ich habe in meine Reisefuhrer (wetende dat ze voor het tweede deel van deze samenstelling respect zouden hebben) gelesen dass man das Wasser hier nicht trinken kann.' Achteraf realiseerde ik me dat de klassieker 'mit zwei Hande' wellicht meer op z'n plaats was geweest.
Nu is het middag in Byron Bay, het regent en het is vrij koud. Een jongen van mijn surfgroep vertelde me dat het tot zondag kwakkelweer blijft, dus ik overweeg hier vrijdag te vertrekken en te kijken hoe het verder in het noorden is. Vanavond ga ik eerst maar eens het nachtleven van deze plaats verkennen.
Tot slot de oplossing van de prijsvraag. Als ik om 22:30 uur in Sydney vertrek en in een ruk naar Cairns reis, kom ik daar twee dagen later om 19.30 uur aan. Als ik goed reken, duurt de reis in totaal 45 uur. Dat betekent dat Toineman het dichtstbij zat. Hij wint een schitterende prijs. Wat dacht je van een avond stappen in Nijmegen, uiteraard exclusief vervoer en consumpties? ;) Dit keer trouwens geen nieuwe vraag, want ik heb niks goeds kunnen bedenken. Bij het volgende bericht zal ik m'n best doen om iets te verzinnen.

  • 27 September 2006 - 07:50

    Ma:

    Niet getreurd het surfdebacle is gauw vergeten, wanneer je de kans krijgt om een dansje te maken met een aboriginal.

  • 27 September 2006 - 08:59

    Myriam:

    Zoals ik van je -als een echte historicus- al verwachtte: goed verhaal;) Ik krijg hierdoor ook vakantiekriebels..Geniet ervan!

  • 27 September 2006 - 09:34

    Robin:

    Hee Robbie,

    leuk om je avonturen zo allemaal te lezen!

    De prijs die Toine gewonnen heeft zal ik natuurlijk meehelpen op te luisteren. Dit alles in ieder geval met een hoog "Lord-of-the-Boards-gehalte", dat lijkt me nu wel duidelijk ;-)

    Erg veel plezier verder in Australië en we blijven je volgen!

    Robin

  • 27 September 2006 - 09:48

    Сес:

    "Overigens gedraag ik me keurig tegenover onze oosterburen"
    Kom, kom! Gewoon een Fahrrad en een Radio per Duitser eisen. Niet verwonderlijk dat er zoveel Duitsers zitten. Dat is de aloude "Drang nach Osten"

  • 27 September 2006 - 11:34

    Toine:

    Dank U! Dank U! Ik heb er nu al zin in! :)
    Ik zie trouwens al voor me hoe je als een ware Fawlty Towers door de (Duitse) massa heen paradeert...Ach ja, bestel nog maar een lekkere 'nazi Göring' en dan komt alles vanzelf goed!
    Nog veel plezier daar! Dan werp ik me weer op mijn scriptie! (tja terwijl sommige mensen op vakantie zijn, moeten anderen gewoon keihard studeren...;))

  • 27 September 2006 - 18:18

    Odt:

    Erg prettig te zien dat je het zo goed maakt.
    Maar over enige tijd vervagen de herinneringen en zeggen wij : gelukkig hebben we de foto's nog.
    (of niet)
    Waar blijft het bewijs van de wilde verhalen ??

  • 28 September 2006 - 06:29

    Jan:

    Hey Rob, welcome to Aus. Ik zei toch dat je in "The Arts Factory" moet gaan zitten in Byron. Dat is echt geweldig goed. Helaas weet ik alles van death adders en vooral dat je er niet op moet gaan staan. Die andere zijn Red belly Black snakes en die kun je maar beter ook niet oppakken.

    Surfen is hartstikke leuk ik weet er alles van. Ook ken ik het verschijnsel van de "washing machine" wanneer je bijna verdrinkt maar goed, it's all in the game.

    Ik heb overigens nog steeds dezelfde houding tov mijn Duitse vrienden en dat weten ze ook. Kein Problem! Ik houd ze in het hostel ook continu voor de gek maar ze zitten inderdaad overal. Maar goed, ik zou ook uit Duitsland vertrekken als ik er zou wonen...Maar het erge is wel dat ze geen Engels kunnen en dus steeds samen klitten en Duits praten.

    Veel plezier nog met de rest van de reis en ik hoop dat je beter weer krijgt. Hier in Adelaide is het nu super goed, maar ik vrees voor Melbourne want dat schijnt 4 seizoenen per dag te kennen.

    Gegroet,

    Jan

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Byron Bay

Mijn eerste reis

Recente Reisverslagen:

23 Januari 2007

Nabeschouwing

12 Januari 2007

Met vijf chicas op stap

05 Januari 2007

Dansend het nieuwe jaar in

27 December 2006

Kerst met chocoladetaart en een stel idioten

20 December 2006

Bijkomen met adrenaline
Rob

Actief sinds 01 Sept. 2006
Verslag gelezen: 205
Totaal aantal bezoekers 84269

Voorgaande reizen:

16 Maart 2009 - 15 Juni 2009

Naar Chili

30 November -0001 - 30 November -0001

Mijn eerste reis

Landen bezocht: